Deze week wil ik graag de Zonnedauw (Drosera) in het zonnetje zetten. Waarom? Deze bloeit namelijk op dit moment niet, maar ik ben nog steeds in Noorwegen en wil jullie hier iets over vertellen.
Drosera is namelijk een heel klein plantje. Ik heb hem in Nederland nog niet kunnen vinden. Het kruid wordt met uitsterven bedreigt en is daarom in vele landen een beschermde plant. Afgelopen jaar toen we hier aan het genieten waren van ons huis en de omgeving kwam mijn zoon (Sven, studeert Biologie) naar mij toe en zei: “mama ik heb Zonnedauw gevonden hier beneden bij ons huis’. Ik geloofde hem eerst niet, maar ben toch met hem mee gegaan en wat bleek….. hele velden met Zonnedauw hier beneden. Je kon mij bijna niet gelukkiger maken. Eindelijk kon ik het plantje nu met mijn eigen ogen zien. Ik zal er wat meer over vertellen……..
Groot is het plantje niet, het is niet meer dan 5 cm groot (zie bijgaande foto). Een een tot meerjarige plant. Kan lichte vorst verdragen maar beschermen bij hevige vorst. Het groeit op arme, vochtige en zure gronden van venen, moerassen, heideterreinen en aan de rand van plassen, vaak tussen vochtig mos. Zonnedauw heeft een dunne, overblijvende hoofdwortel, de bijwortels vernieuwen zich elk jaar. Het is niet diep of stevig geworteld, maar vrij ‘luchtig’, de plant geeft ruimte aan onze luchtwegen. Vanuit een wortelrozet groeien dunne, kale, rechtopstaande stengels, die overwegend rood van kleur zijn. Deze rozetten lijken als een rood tapijtje over de grond uitgespreid te liggen.
De ronde blaadjes zijn bedekt met rode haartjes, die aan de top gevuld zijn met een glinsterend vocht; ze doen denken aan een ‘speldenkussentje’. Dit vocht is kleverig en zoet en lokt insecten, die denken dat het water is, waarin ze hun eitjes af kunnen zetten. Vangt tot 2000 insecten per zomer. Eenmaal vastgeplakt scheidt het blad mierenzuur af, waardoor een deel van het vliegje verteert en de blaadjes zich als een hand om het insect vouwen. Dan worden er enzymen afgescheiden die het insect verder verteren. Zo dienen de eiwitten van het insect als voedsel voor de Zonnedauw, die daarom een vleesetend plantje wordt. Hieraan dankt het kruid zijn bijnaam ‘Vliegenvangertje’. Deze bijzondere eigenschap zou je kunnen zien als een aanpassing van de plant om op voedselarme grond te overleven.
Van juli tot augustus bloeit Zonnedauw, met kleine witte bloemetjes die een voor een open gaan en maar kort bloeien. Daar Zonnedauw op natte, zure gronden groeit en organische zuren bevat, heeft het een sterk ontzurende werking. Bovendien bevat het stoffen met een sterk remmende werking op stafylokokken, streptokokken en tuberculosebacillen. Kortom een heel goed kruid bij allerlei heftige infectieziekten van de luchtwegen.
Een heel mooi kruidje dus voor de luchtwegen. In mijn omgeving is er iemand die Astma heeft en die geef ik dus nu de tinctuur van Drosera (Zonnedauw).
Leuk om te weten is dat ieder kruid past bij een bepaald type mens. Ik zal jullie daar de komende periode meer over vertellen. Drosera vind ik altijd een mooi voorbeeld van hoe dingen in elkaar passen. Dit is de omschrijving van het menstype van Drosera:
Past bij mensen die door het eten van veel eiwitrijk voedsel (vooral dierlijke voedingsmiddelen) last krijgen van verzuring ziekten. Dit geeft klachten met veel en taai slijm en allerlei aandoeningen van de luchtwegen, die gepaard gaan met hartnekkige hoest en koorts. In zulke gevallen past de Zonnedauw, die immers een voorbeeld is van een vleeseter. Je zou hier bijna kunnen spreken van het homeopatische principe ‘het gelijke wordt door het gelijke genezen’.
Mooi om te lezen hoe mens en natuur in harmonie kunnen zijn. Mocht je meer willen weten over de Zonnedauw of advies dan kun je altijd contact met mij opnemen: info@kruidenparadijs.nl
Ik raad je aan om nooit zomaar zelf kruiden als medicijn te gaan gebruiken. De zin ‘Baat het niet dan schaadt het niet” geldt zeker niet! Neem daarom altijd contact op met een kruidengeneeskundige die je advies kan geven. Ga bij ernstige klachten altijd naar een huisarts.